In deze blogs vertelt Tamara over haar avonturen met haar nieuwe Oudduitse Herder pup Otto. Lees in blog nummer drie meer over Otto's eerste bezoeken bij de dierenarts.
Ik vond Otto’s ontlasting vanaf de allereerste dag niet helemaal in orde. Alle geuren, kleuren en consistenties, al dan niet met slijm, zijn de revue gepasseerd. De ene dag leek er niets aan de hand en had ik hoop dat het over was, de andere dag was het weer water. De eerste week maakte ik me geen zorgen en weet ik het aan stress van zijn nieuwe thuis. De tweede week werd ik wat ongeruster maar stak ik het op spanning van de puppycursus. Gelukkig was Otto verder fit en speels en leek hij er weinig last van te hebben.
Eind tweede week hebben we, vergezeld door een gevuld poepzakje als bewijs, toch maar een bezoekje aan de dierenarts gebracht. Die heeft Otto zorgvuldig nagekeken maar kon (gelukkig) niets bijzonders vinden, behalve dat hij wat aan de magere kant was. Het advies: meer eten geven en ontlastingsonderzoek laten doen. Bij dit onderzoek wordt de voorkeur gegeven aan het onderzoeken van ontlasting van 3 verschillende dagen, sommige darmparasieten laten zich niet zo makkelijk vangen en op deze manier is de kans groter dat dit toch lukt. Hoewel ik in eerste instantie met enige trots mijn gevulde zakje liet zien liep dat dus al snel uit op een lichte teleurstelling. We keerden met het gevulde poepzakje (want alvast 1 dag), medicatie om zijn darmen te ondersteunen en een stuk minder ongerust weer huiswaarts.
Het zakje ging in een hermetisch afgesloten bakje in mijn koelkast, daar had ik achteraf gezien beter over na moeten denken. Toen ik de volgende ochtend de koelkast opende om mijn ontbijt te pakken walmde de geur van puppydiarree me tegemoet en had ik direct geen honger meer. Les geleerd, hermetisch afgesloten betekent niet per se ook afgesloten voor geur. Het bakje met inmiddels 2 zakjes heb ik toen maar even richting garage verplaatst.
Na het veilig stellen van het derde zakje heb ik de verzameling direct naar de dierenarts gebracht voor onderzoek. Er zou zowel een standaard wormonderzoek gedaan worden als de meer uitgebreidere testen voor Giardia en Coccidiose, daar die een ander behandelplan vereisen dan de ‘gewone’ wormen. Enkele uren later werd de uitslag mij telefonisch medegedeeld: geen Coccidiose, geen Giardia, wel bomvol spoelwormeieren. Hoewel ik het idee dat mijn pup vol met wormen zat ronduit walgelijk vond was ik erg blij dat het zoiets simpels betrof, het is namelijk een makkelijk te verhelpen probleem. Ik mocht direct 1 wormtablet geven en moest deze behandeling 14 dagen later herhalen. Het verklaarde ook direct waarom Otto zo mager bleef ondanks dat eten één van zijn favoriete bezigheden is. Als ik zijn voerbak pak is hij zo snel bij me dat een Formule-1 coureur er jaloers op zou zijn en na het commando ‘eet’ valt hij aan alsof hij weken niet heeft gegeten.
Ondanks dat Otto zowel door de fokker als door mij keurig ontwormd is volgens het ontwormschema voor pups had hij toch een flinke besmetting te pakken. Het was dus een wijze les om bij twijfel altijd even een ontlastingsonderzoek te laten doen.
De volgende dagen heb ik extra op Otto’s ontlasting gelet en tot mijn grote afschuw kwamen er de dagen na de ontwormtablet vele dode (en nog levende!) spoelwormen met zijn (inmiddels gelukkig goede) drollen naar buiten. Hoewel ik een vrij sterke maag heb moet ik eerlijk bekennen dat die zich de eerste keer dat ik dit tafereel aanschouwde toch minstens een halve slag omdraaide. Heel even schoten er allerlei onwaarschijnlijke scenario’s door mijn hoofd van wormen die ik zou voelen bewegen als ik de drol oppakte en zo verder. Gelukkig herpakte ik me snel, al heb ik een gevuld zakje nog nooit zo snel naar de dichtstbijzijnde prullenbak gebracht.
Gelukkig was de ontlasting van Otto binnen enkele dagen normaal en wormvrij! Inmiddels heeft hij ook de herhaalkuur gekregen en is hij helemaal verlost van deze vervelende parasieten. Hij is inmiddels kilo’s aangekomen en stukken beter op gewicht.
Hoewel je nu zou denken dat Otto voorlopig dierenarts-vrij zou zijn viel dat vies tegen. Enkele dagen na de worm-perikelen ging er per ongeluk iemand op zijn poot staan. Hij liep wat kreupel maar ondanks dat ik natuurlijk enorm baalde leek het mee te vallen. Ik had goede hoop dat het na een nachtje rust over zou zijn. De volgende dag vond ik hem echter slechter lopen en zijn we direct weer richting dierenarts gegaan. Lang verhaal kort: een röntgenfoto wees een gebroken teen uit.
De teen is gespalkt en we kregen 14 dagen rust voorgeschreven. Dat op zich is al een onmogelijke taak met een pup maar de kraag die hij op kreeg krikte de moeilijkheidsgraad van onze opdracht nog wat verder op. Op het moment van schrijven hebben we een beetje een ritme gevonden maar eerlijk is eerlijk, het is frustrerend en moeilijk voor ons beide. Otto mag niet naar cursus, niet spelen met andere honden, niet rennen, slechts kleine stukjes lopen, niet gek doen met speelgoed, niet in het water, niet speuren en absoluut niet springen. Aan de kraag was hij al snel redelijk gewend maar het gebeurt nog dagelijks dat hij vastloopt in zijn bench of een bocht te kort neemt. Dit alles resulteert natuurlijk in een gefrustreerde pup met energie voor 10. Als hij dan van mij niet mag wat hij het liefste doet en wat hij eerst wel mocht is dat natuurlijk onmogelijk te begrijpen voor hem. Ik kan het hem niet kwalijk nemen.
Wat helpt zijn hersenwerkjes, als hij veel met zijn hoofd bezig is wordt hij geestelijk moe en slaapt hij makkelijker en langer. Gedurende de dag doen we daarom verschillende soorten spelletjes om hem uit te dagen en zijn energie in nadenken te stoppen in plaats van in lichamelijke beweging. Met zijn hersenen en neus is in ieder geval niets mis, ieder snoepje dat ik verstop wordt met uiterste precisie gelokaliseerd, tevoorschijn getoverd en gretig verslonden.
Om toch langere wandelingen te kunnen maken heb ik ook een bolderkar voor hem gekocht. Op die manier kunnen we aan zijn socialisatie blijven werken zonder dat hij daarbij hoeft te lopen. We zijn een leuke attractie voor de bewoners van de wijk, we hebben veel bekijks en veel mensen maken even een praatje. Otto vindt al die aandacht wel fijn en tegelijkertijd is het ook heel leerzaam. Het ín de kar blijven is nog wel een uitdaging, want zelf lopen en ontdekken is natuurlijk veel leuker. Eruit springen kan niet want hij zit goed vast met een tuig maar zijn stembanden werken prima en die gebruikt hij dan ook geregeld voor luid protest.
En als ik dan zelf ook echt even rustig wil zitten of een belangrijke meeting heb die onmogelijk steeds onderbroken kan worden hebben we als derde optie het magische item. Zodra de letters B-O-T achter elkaar worden uitgesproken zit meneer kwispelend bij de kast om vervolgens dankbaar zijn snack in ontvangst te nemen. Ik vind het onvoorstelbaar hoe snel Otto commando’s leert of woorden herkent maar ik denk dat hij ‘bot’ toch wel het snelst in zijn geheugen heeft opgeslagen. Als hij lekker ligt te kluiven hoor of zie ik hem zeker een half uur niet, dat geeft ons beide even rust.
De dagen gaan tergend langzaam maar 1 ding is zeker: ze gaan alle 14 vanzelf voorbij. Aanstaande donderdag moeten we voor controle terug naar de dierenarts en maken ze een nieuwe röntgenfoto. Mijn vingers, en die van degene die op zijn poot heeft gestaan, zijn inmiddels schraal van het duimen dat het bot dan goed hersteld is. Hopelijk mag Otto zijn favoriete bezigheden weer snel hervatten, daar zouden wij beide heel erg gelukkig van worden.
Meer weten over Otto? Lees hier zijn eerste en tweede blog. Wil je op de hoogte blijven van Otto's avonturen? Er verschijnt regelmatig een nieuwe blog online en Otto heeft ook een eigen Instagram-account. Volg @_life.of.otto_